Dura Vermeer is de afgelopen jaren actief betrokken bij de doorontwikkeling van de Asphalt Recycling Train (ART), een bekende en bewezen techniek om asfalt ter plekke te recyclen en opnieuw aan te brengen. Wij spraken met Robbert Naus, Innovatiemanager en vanaf het begin betrokken bij het project, en Harm Brouwer, Bedrijfsleider bij Dura Vermeer Regionale Projecten Noord-Oost.
Wat is de Asphalt Recycling Train?
De Asphalt Recycling Train is de naam voor de serie machines die ter plaatse asfalt verwarmen, loswoelen, mengen en weer aanbrengen. Eén of meerdere (infrarood) heaters verwarmen het oude asfalt. De volgende machine woelt het warme asfalt los en ‘schept’ het op. In de remixer worden nieuwe bitumen en een verjongingsmiddel toegevoegd, het mengsel wordt goed gemengd en eventueel verder verwarmd tot de gewenste verwerkingstemperatuur. De laatste machine spreidt het vernieuwde asfalt uit waarna het gewalst kan worden. Dit proces wordt ook wel hot-in-place recycling (HIR) genoemd. Door het asfalt te verwarmen en los op te scheppen komt er geen frees aan te pas en wordt voorkomen dat het materiaal vergruist en daarmee laagwaardig gerecycled wordt.
Circulair Asfalteren: geen nieuw asfalt nodig
De Asphalt Recycling Train verwerkt ter plaatse de bestaande deklaag tot een volledig nieuwe deklaag. De aanwezige deklaag wordt volledig hergebruikt, waardoor er geen aanvoer van nieuw asfalt nodig is. Een enorme winst ten opzichte van traditioneel asfalteren, waarbij de afvoer van gefreesd asfalt en aanvoer van nieuw asfalt voor een flink aantal transportbewegingen zorgen. Daarbij merkt Harm nog een voordeel op: “Het geeft meer rust en veiligheid op het werk. Geen transport betekent geen rijen vrachtwagens van, naar en op het werkterrein. Dat komt het overzicht en de veiligheid enorm ten goede.”
Bestaande techniek krijgt nieuw leven
Hoewel de techniek niet nieuw is en al ruim 50 jaar in binnen- en buitenland wordt toegepast, is de methode nooit grootschalig toegepast in Nederland. In de loop der jaren is er door verschillende partijen meermaals geprobeerd de HIR-methode nieuw leven in te blazen, maar door economische belangen en veranderende technische eisen bleef succes uit.
Met de groeiende vraag naar verduurzaming in de infrastructuursector schreef Rijkswaterstaat in 2018 de prijsvraag “Duurzaam Asfalt” uit. Dura Vermeer behaalde met de ART op meerdere punten de maximale score en was daarmee één van de winnaars van de uitvraag. Sinds 2018 werkt Dura Vermeer aan de doorontwikkeling van deze techniek door verschillende proeven uit te voeren en een validatieplan op te stellen.
De weg vooruit
De tests in 2024 hebben aangetoond dat de Asphalt Recycling Train zeer goed in staat is om de ‘standaard’ mengsels, zoals ZOAB, SMA en AC Surf, met gewenste kwaliteit te verwerken. Zoals dit jaar, wil Dura Vermeer ook 2025 gebruiken als proefjaar. Het doel is om zoveel mogelijk ervaring op te doen met verschillende proefvakken en andere asfaltmengsels. Dit omvat onder andere geluidsreducerende deklagen, asfalt met polymeerbitumen en rood asfalt voor fietspaden. Daarnaast heeft de eigenaar van de machine de ambitie om in de toekomst de machine verder verduurzamen door middel van elektrificatie van het materieel en voor de verwarming over te stappen op biogas.
Na de proefperiode is het van belang om de inzet van de Asphalt Recyling Train op te schalen. “We willen de opgedane kennis gebruiken om de oplossing schaalbaar te maken, samen met andere partners uit de keten, om de techniek verder te brengen,” aldus Harm Brouwer. Daarbij benadrukt Harm de mooie samenwerking tussen partijen om dergelijke innovaties van de grond te krijgen. Door buiten de concurrentiesfeer innovaties ontwikkelen en dezelfde doelen na te streven, kunnen we gezamenlijk de sector verder brengen.
Lees meer over de Asphalt Recycling Train op de website van Dura Vermeer.
Dit artikel is geschreven vanuit het programma Infra Futurelabs Overijssel. Infra Futurelabs is opgezet door Stichting Pioneering, Bouwend Nederland en Provincie Overijssel met als doel om overheden, ondernemers en onderwijsinstellingen samen te laten werken aan het behalen van klimaatdoelstellingen in de infra-sector.
